Archief van
Auteur: Charlie van Zuilekom

Servië en de schoonheid van melachonie

Servië en de schoonheid van melachonie

Iedereen rookt in Servië. De hoge bergen met sluimerende wolken zijn magisch, maar de rivierbeddingen liggen vol met plastic en afval. In de steden waar ik kom zijn dingen vies en aan het afbrokkelen omdat het slecht onderhouden wordt. Het is er grijs en grauw net als de blikken van de mensen die aan het werk zijn op de stations of in de winkels.

Op deze manier kwam ik ook aan in Uzice, een stadje op de grens naar Bosnie. Bij het zien van zoveel betonflats tussen de bergen dacht ik: wat een verpesting van het landschap, inpakken en wegwezen. Helaas reed de bus naar Sarajevo niet, dus ik moest wel in een hostel overnachten.

Dat je een boek niet op zijn kaft moet beoordelen leerde ik de dag erna van Milos, waarmee ik een koffieafspraak had om te praten over politiek. De koffieafspraak werd een wandeling, de wandeling werd een dag langer in Uzice.

Milos heeft me naar zijn eigen woorden meegenomen op ‘neighbourhood safari’ en me de hele stad laten zien, maar hij begon met een kleine wandeling naar de oude vesting. Binnen een kwartier waren we de stad uit en voelde ik me nietig tussen de hoge bergen en de fantastische natuur die zich voor me ontvouwde. I prove you wrong, Milos had het binnen 15 minuten gepiept. Ik was keihard gedist, ik moet verder kijken dan dat een betonflat lang is.;)

Uzice reisblog servie

Daarmee was de toon gezet voor de rest van de dag. De worsteling over wat ik nu van Servië vond voerde ik nu met hem, in plaats van in mijn hoofd. Prettige gesprekken en discussies wisselden elkaar af, eigenlijk waren we het over alles structueel oneens. Vroeg ik me af waarom ze die betonflats niet konden schoonmaken, vond hij het prachtig zoals het was. “It’s more real man,” zei hij meerdere malen. Werd ik verdrietig van mensen die op een bankje apatisch voor zich uitstaarden, zei hij me dat hij daar blij van werd. “Dit is het echte leven, niet de shining world waar jij in leeft. Deze mensen zijn echt, jullie glimlachen zijn fake.”

Tja, heb daar maar eens van terug. Waarom moet in mijn blik alles kloppen, schoon zijn en een prettige uitstraling hebben? Tijdens het eten van een soepje in traditioneel servisch restaurant werden dingen me meer duidelijk naarmate hij meer uitlegde en we meer discusierden.

Reisblog waarischarlie servie

Hij zei me dat iedereen in Servië rookt en dat was me ook opgevallen, het is typisch Servië, zei hij. Ik: “Is er hier dan niemand bezig met zijn gezondheid?” Hij: “Het hoort bij de nonchalante houding van Fuck it, het maakt toch niets uit.” Ik moest denken aan bekenden die tijdens het backpacken why not op hun voet hadden laten tatoeren. Het was mijn idee om dan op de andere voet whatever te zetten en dan letterlijk zo door het leven te lopen: why not, whatever, why not. Dat leek me heel grappig, maar om heel eerlijk te zijn wil ik wel dat je ergens om geeft. Dat je zorgt draagt voor elkaar en anderen voor jou. Nonchalance is grappig als het voor even is.

Maar Milos vond die ‘het-kan-me-niks-schelen-houding’ prachtig. “Wat zou jij doen als je al jaren van 200 euro per maand moet rondkomen en je weet dat dit niet gaat veranderen?” vroeg hij. Ik: “Hopen en manieren zoeken waarin ik de situatie kan veranderen. In ieder geval hopen dat het beter wordt.” Milos lachte me toe en zei: “Er was niks moois in hoop. Een diamant wordt geslepen onder slechte omstandigheden. Dat is de natuur, daarmee kom je tot puurheid.”

Hij tikte me ook op de vingers, het was niet apathisch die blikken. Het was melachonisch, er zit schoonheid in melachonie. “Als jij jezelf moet redden onder slechte omstandigheden word je creatiever, de mens wordt sterker”, verklaarde hij. Dat laatste herkende ik uit een moeilijke periode in mijn leven, dus dat begreep ik wel. Maar gelatenheid? Opgeven? Schoonheid zien in melachonie? Ik snapte er weinig van en het zit ook niet in mijn (westerse) aard. Ik heb gelatenheid gekend, maar ik ben het iedere keer te boven gekomen. Milos gaf er graag aan toe, “simplicity is the key” zei hij mij. En “less is the more.”

Servie, de start van mijn Balkan tour

Servie, de start van mijn Balkan tour

Servie, een land dat ik op mijn eerste gevoel zou omschrijven als Turkije light, maar ik kan het ook mis hebben want onze kennismaking gaat zo vlot als een moeizame date. Het land en ik zijn een beetje ongemakkelijk om elkaar heen aan het draaien en zij, noch ik krijg echt hoogte van de ander. 

Ik was er al voor gewaarschuwd dat reizen als vrouw alleen echt heel anders is dan reizen met een man. En na al de bloemenpracht in het zonnetje van de prachtige stad Timisoara (Roemenie) werd dat statement werkelijkheid toen ik aankwam in het Servische stadje Vrsac. Het viel me op dat in deze specifieke stad mannengroepen met elkaar in de koffiehuizen en de kroegen zitten. Vrouwen zijn niet gesluierd en gewoon ‘oostbok’ gekleed, maar ik zie geen groepjes vriendinnen met elkaar thee drinken of lekker babbelen met cocktails. Vrouwen in kroegen zag ik alleen in gemengde groepen.

Het viel daarom extra op toen ik op de koffie werd gevraagd bij de man die mij een super schattig appartement had verhuurd voor 12 euro. Een andere man kwam me halen, ik mocht koffie drinken met ‘de chef’, een lieve oude man met waterige ogen die zei dat hij in zijn jeugd ook had willen reizen, maar dat dit niet kon in die tijd. Zijn dochter kwam dit weekend en ik moest al de foto’s van haar en zijn kleinkind bekijken. :) 

Het trok nogal bekijks dat ik daar als meisje in het koffiecafe vol mannen met de baas zat te praten, terwijl er iemand zat te tolken. En voor ik het wist had ik een mannengroep om heen. De ene wilde praten over Macedonie, de ander over zijn motor en eentje zou me de stad laten zien. Toen ik wel zin had in een wandelingetje heeft dat laatste me geld gekost, lang verhaal kort ik dacht dat hij gewoon zin had in een sight seeing maar aan het einde zegt hij: Ik was je tourguide dat is dan 800 dinar. Een paar euro, maar ik voelde me zo naief dat ik daar met beide ogen was ingestonken. 

Ik wilde ook niet in de problemen komen, dus ik heb het afgerekend. Hij zei nog: Dit is toch niet veel geld voor jou? Ik keek hem dubbel aan, wat was die man sluw geweest met mij. Ik heb vrolijk gezwaaid en ben verder mijn weg gegaan, maar voelde me gepeopled. Het was wel gelijk een les: Oppassen! En als vrouw alleen misschien wel extra met die mannengroepen. 

De tweede ontmoeting in Servie was gelijk de warmste ontmoeting die ik me voor kon stellen. Ik heb via couchsurfen een weekend in Pancevo (15 km vanaf Belgrado) gelogeerd bij de 33-jarige Jelena en haar twee zoontjes. Ze was heel verzorgend en beschermend en we hadden een goede klik. Binnen een uur zaten we te praten over wezenlijke dingen: over onze jeugd en familie, over de oorlog en politiek in Servie en over de verschillen tussen man en vrouw en hoe die dingen werken in de landen waar we wonen. 

Jelana was warm en vriendelijk en we deelden ons hart met elkaar. Daardoor kwamen we op gevoelige onderwerpen en ik zag dat de oorlog bij haar nog vers is. Ze heeft me verteld over de bommen die maandenlang op Belgrado vielen waardoor ze het gevoel hadden in een constante aardbeving te leven, ze vertelde over de lege winkels en over schuilen en onderduiken. Maar terwijl ze sprak liepen de tranen over haar wangen, ze kon over deze dingen niet praten zonder te huilen. Ze huilde niet alleen om de gebeurtenissen, maar ook om haar land. Dat Serven de slechterikken werden van de oorlog, maar dat dit ook een keerzijde heeft. Er is Servie veel aangedaan en de verhalen over deseratie, mannen die de burgerbevolking niet wilde vermoorden en weggingen en de verhalen over mensen die ondanks het verschillende geloof en etnische achtergrond toch bevriend bleven, werden niet verteld. Dat Servie een mooi land is en dat het rijkdom en gelijkheid gekend zou hebben ten tijde van Tito en dat haar land door de aanvallen van de Navo nu nog steeds kapot is. Dat mensen in Servie armoede kennen en dat het land naar haar gevoel vast staat. 

Het was veel en de dag erna waren we allebei doodmoe en hebben we veel geslapen. Het was die dag verkiezingsdag wat ook nog een hele belevenis was, maar dat komt in de volgende blog. Zondagavond hebben we samen de twee uur durende documentaire ‘Weight of Chain’ gekeken van de in Joegoeslavie geboren filmmaker Boris Malagurski. Ook dat was veel, maar het gaf wel een kijkje in het rijlen en zeilen van de Balkan landen voordat het tot het grote conflict kwam. Ik weet zelf niet zo goed wat ik ervan moet denken, het gaf beeld vanuit een ander perspectief. Er was wel duidelijk voor een perspectief gekozen, pro-servisch uiteraard en de tijd van Tito werd verheerlijkd en dat deed mij twijfelen. In mijn schoolboekjes heb ik toch geleerd dat Tito een dictator was? Toch zou er iets van waarheid in kunnen zitten dat de amerikanen belang hadden bij het ontwrichten van het socialistische Balkan… Anderzijds er is in de omliggende een hoop bloed gevloeid, genocide van de burgerbevolking en daar zijn Servische militairen verantwoordelijk voor. 

Ik weet niet wat ik moet denken. Daarmee kom ik tot de conclusie dat er (nog ;)) niet een eenzijdig antwoord te geven is op de vraag hoe de oorlog precies in elkaar stak. Het is heel veel informatie en het is verwarrend.  Maar he, ik weet niet eens te ontcijferen wie er begon in de ruzies met mijn broertje van vroeger, dus hoe kan ik in een paar dagen de gebeurtenissen in deze landen begrijpen? Niet dus, maar ik weet wel dat Servie onbeduidend aanvoelt, arm (veel betonnen flats alla kanaleneiland) en rijk (ik zit momenteel in een hotel met welness en spa) tegelijkertijd. Ik denk dat we nog even verder moeten daten voor ik naar links of naar rechts swipe. ;)

Ps als iemand tips heeft over Servie, alle info en leuke plekken waar ik naar toe zou kunnen zijn welkom.

Pps for what’s worth: het eten en het weer is hier fantastisch. :) En de mensen in zijn vriendelijk, geinteresseerd en behulpzaam. 

Het geheime verhaal van de stad Vilnius: Jeruzalem van het Noorden

Het geheime verhaal van de stad Vilnius: Jeruzalem van het Noorden

Vilnius is een schitterende stad, maar het heeft een verborgen verhaal wat niet verteld mag worden. Het verhaal van de bijna volledige uitroeiing van de Joodse bevolking wat is gestart door de Litouwers. Zelfs al voordat de Duitse nazi’s kwamen werden 94% van de Joden die hier woonden vermoord. 45.000 mensen, nergens in Europa zijn de percentages van de vermoorde populatie zo hoog als in de Baltische Staten.

Geert Mak leerde mij het al, in zijn boek In Europa schreef hij dat Hitlers jodenvernietiging niet zo effeciënt was verlopen als de jodenhaat niet al door de volkeren zelf werd gedragen. Hitler speelde in op een trend, op een gevoel van haat, wat al onder de mensen zelf leefden. Alleen daardoor kon hij zijn Endlösung der Judenfrage, de systematische genocide van de Joden, in de praktijk brengen. DSCF1204

Litouwen is hiervan een goed voorbeeld. Toen in juni 1941 de Duitsers de oorlog verklaarde aan de Sovjet Unie, waartoe Litouwen sinds 1940 behoorde, werden door heel Litouwen Joden bijeen gedreven en op 200 plaatsen in het bos doodgeschoten. De SS’ers en de Wehrmacht stonden aan het hoofd van deze razzia en werden geholpen door de Litouwse bevolking. De Litouwse bevolking al begon met excuteren voordat de Duitsers kwamen en er zijn verhalen over burgers die zich verkleden in Litouwse politieuniformen om te kunnen assisteren bij de massamoorden.

Concentratiekampen en gaskamers kwamen hier niet aan te pas, al aan het einde van het jaar 1941 was de meerderheid van de Joodse bevolking doodgeschoten en in een massagraf begraven. De volledige uitroeing van de Joden was niet zo snel verlopen als de Duitsers niet door de Litouwers waren geholpen. Zij het door hulp bij de executies, zij het door het systematisch opsluiten en rangschikken van de mensen in de Joodse getto’s.

Zo ook in Vilnius, begin 1900 was dit een levendige stad met 50.000 Joodse inwoners met een een rijk joods leven. In het hart van de stad bevonden zich twee getto’s. Op iedere hoek van de straat stond een synagoge of een gebedshuis. De grootste synagoge van Vilnius was de grootste van de wereld en de stad was het belangrijkste centrum vanwaar Europese juwelen werden verhandeld. Hierdoor werd Vilnius ook wel Yersholoyim d’lita, oftewel ‘Het Jeruzalem van het Noorden‘ genoemd.

Vilnius is nog steeds levendig en trouwens ook super mooi, maar als je door de straten loopt is van die ooit bestaande Joodse wereld niets meer te merken. Roel en ik logeerde in het 6 euro hostel, midden in het hart van 1 van de eens bestaande Joodse getto’s. De getto bestaat nog, maar er is niks Joods meer aan, het culturele leven is weg, je kunt zien dat de huizen allure hebben gehad maar al de panden zijn nu grijs en grauw.

Van de 106 synagogen en gebedshuizen staat er nog 1 overeind, de andere 105 zijn platgebrand, gebombardeerd, in gruzelementen geslagen, of in het gunstigste geval gesloopt. We zijn op onderzoek uit gegaan, met een kaart met wat vage aantekeningen van de hosteleigenaar gaan we op zoek naar wat er van het Joodse leven is overgebleven in deze wijk.

Het treurige is dat we niet veel vinden. Wat we wel vinden is heel bijzonder. Op de hoek van de straat staat een klein vervallen gebouw wat onder de grafitti is bespoten. Het gebouw met gewelfde ramen is dichtgetimmerd en goed afgesloten met houtenplaten. Aan de kapster tegenover het pand vraag ik: Synagoge? Ze knikt ja. Als we samen foto’s maken komen we tot een gekke ontdekking: Op de deur van het pand staat in graffiti: Money Monkeys. Ik kijk Roel vragend aan, “Ja, het is wat je denkt” zegt hij.

DSCF1060

 

DSCF1061

We lopen door en in de volgende straat vinden we de enige synagoge die nog overeind staat. Er staat een groot hek omheen en door aanbellen met een intercom worden we goedgekeurd en binnengelaten. Het is een schitterend gebouw, ik kijk mijn ogen uit en maak super veel foto’s.

Naderhand spreken we de twee Joodse dames die ons hebben binnen gelaten. “Is dit echt de DSCF1091enige synagoge?” vraag ik. De dames knikken, maar maak je geen illussies: de enige reden dat deze nog overeind staat is omdat de Duitsers deze hebben gebruikt als een warenhuis voor hun opslag. Ik vertel haar dat ik opzoek ben naar het voormalige Joodse leven in Vilnius. Ze zegt dat dit heel bijzonder is, de Litouwse bevolking is daar niet in geïnteresseerd. Sommigen weten niet eens dat het bestaan heeft, in de geschiedenisboeken van de kinderen staat er maar één zinnetje over de getto’s.Ook waarschuwt ze ons: “Don’t believe the guides in the street, they tell stories about lithuanian people who gave hidingplaces but this is not true. The didn’t help us. We didn’t had any change to survive.”

Ik laat haar de foto’s zien van de synogoge die bespoten zijn met graffity, de money monkey foto laat ik weg, die durf ik niet te laten zien. Ze knikt, de bouwval is inderdaad een synagoge. Hij is zelfs ouder dan degene waar we nu in staan. De synagoge wordt gerenoveerd, ze weet zelf ook niet hoe deze ervan binnen uitziet, alles is kapot, het is te gevaarlijk om daar naar binnen te gaan.

Het bizarre is, is dat dit verhaal tot op de dag van vandaag een taboe is onder de Litouwse bevolking. Diezelfde dag gaan we naar het Vilnius Tolerance museum met een expositie van Joodse Kunst. Na vele schaaltjes, portretjes en schilderijen van kunstenaars die ooit in de stad hebben gewoond komen we uit bij grote panelen tekst die uitleggen wat de Joodse cultuur is en hoedat eruit zag in Litouwen.

Richting het einde komen we bij de panelen over de Tweede Wereld oorlog uit. Ik word door verbijstering getroffen. Op de panelen staat de informatie, maar de essentiele infmatie wordt weggelaten. Het uitroeien van de Joden wordt volledig aan de nazi’s gewijt. Er staan teksten als “I cannot bear how the German forced us to shoot regularly, that Lituanians did the shooting, that we became paid executers.”

Roel wijst naar een inklapbare panelen die tegenover deze teksten staan en zegt me: Je moet tussen de lijntjes lezen. Op deze panelen staan teksten die dit weer tegenspreken. Ook staan er voorzichtige teksten die je op verschillende manieren kan interpreteren. Expliciet wordt er verder niet over gesproken en die panelen waarop andere teksten staan kun je zo in kast zetten als er bepaald publiek komt.

Ik realiseer me dat ik in het verkeerde museum sta, ik was op zoek naar het Holocaust museum wat gerund wordt door een klein vrouwtje. Ik sta hier in het staatsmuseum van Litouwen. Toch wordt ons duidelijk dat het een precaire kwestie is. Dat er niet over gepraat mag worden over het aandeel van de Litouwers zelf, ik zie verder ook geen foto’s van een uittocht uit de stad of foto’s uit de getto’s, ik zie geen foto’s van Panarai de plek van het massagraf net buiten de stad.

Later wordt het ons nog meer duidelijk dat het verhaal in de doofpot is beland. Als wij tegen de oudere receptioniste van ons hostel vertellen over het joodse leven in Vilnius weet ze daar niks van. Als we zeggen dat van de 106 synagogen er nog maar 1 overeind staat wuift ze het verhaal weg en zegt ze dat Joodse mensen overal synagogen kunnen hebben, bijvoorbeeld in hun kelder.

Ook een Letse man die ons later een lift geeft en die elke maand in Vilnius komt heeft geen idee dat er een groot joods leven in Vilnius heeft bestaan. Hij had er simpelweg nooit van gehoord.

De dag erna komt het verhaal ongezouten tot ons in het kleine groene huisje van het Hollocaust museum. Mevrouw R.Kostanian maakt met haar kleine expositie kortemetten met de doofpot. Dat wat niet gezegd mag worden zegt zij wel en laat zij zien: met foto’s en video’s van het Joodse leven wat bestaan heeft in Vilnius, met gruwelijke foto’s van de stapels lijken die op karren werden weggebracht en met teksten waarin staat dat de Litouwse bevolking de Joodse mensen niet geholpen hebben of zelfs deelnamen aan de gruwelijkheden.

Blog van Charlie

Bronnen:

Holocaust Exhibition Vilnius – Green House

Boek Baltische Zielen, Jan Brokken

Boek In Europa, Geert Mak

Artikel De laatste Joden van Litouwen. Terug naar Wilna, NRC Handelsblad, 2002

Stuiter, stuiter: Wij gaan weer liften! Lees hier waarom

Stuiter, stuiter: Wij gaan weer liften! Lees hier waarom

Het is 5.59 in de morgen, ik heb vakantie en ik doe stuiter, stuiter, hiephoi, hiephoi door de huiskamer. We gaan op vakantiiiiie!!!! De manheid (Roel) ligt nog steeds te slapen, hij heeft groot gelijk want we hebben gisteren besloten dat we vanmiddag pas weggaan, maar ik ben klaarwakker: Vakantie, vakantie, vakantie!! :)

Wekker 5:59 tijd voor liften

De liftvakanties worden ieder jaar steeds bijzonderder, de eerste keer naar Slowakije en Polen ontdekten we zelf wat liften is en probeerden we wat dingen uit met Facebook. Het tweede jaar naar Roemenie ging ik los op de blog: verhalen schrijven; met  lange en korte berichten proberen ons verhaal  te vertellen: Wat is liften? En wat maak je mee?

Het waren mijn eerste stapjes op het gebied van persoonlijke storytelling. En dit jaar gaan we weer een stapje verder: film. Ik heb twee cameraatjes gekocht met zuignappen, die we op de voorruit van de auto’s plakken en waarmee we de gesprekken met de mensen in de auto opnemen.

Je kan dit jaar dus echt met ons mee op reis! En voelen en beleven wat liften is. Ik hoop dat het verhaal door het zien van beeld en geluid dichterbij mag komen, dat je er makkelijker een voorstelling van kan maken. Dat je het kan ‘voelen.’

Maar waarom in hemelsnaam liften? Die vraag krijg ik de laatste jaren vaak naar mijn hoofd geslingerd van de kapster en bezorgde familieleden tot aan de buschauffeur. Tsja, waarom? De kick en de spanning van het onverwachte wat gaat komen? Het gevoel van vrijheid dat je kan gaan en staan waar je maar wilt? Het relaxte lay back chill langs de weg hangen en genieten van een gitaar en een goed leesboek? Niks verder nodig hebben dan alleen elkaar? Het avontuur? Samen dingen delen en trotseren om naderhand terug te kijken en elkaar aan te stoten en zeggen: Lief, weet je nog? En dan lol hebben om de dingen die je zelf hebt meegemaakt.

Al deze dingen zijn redenen, maar mijn persoonlijke reden is: schrijven (nu ook filmen) en verhalen maken. Al sinds ik een klein meisje van 8 was schrijf ik al. Thuis liggen mappen vol met schrijfsels, dagboeken, complete verslagen van ponykampen inclusief tekeningetjes van pony’s en de bak om extra uit te leggen wat ik bedoel.

Het zit in mijn DNA, het is stiekem mijn grootste (en ook engste) hobby. En op vakantie kun je… Precies, doen wat je leuk vindt! Dus voor mij schrijven en filmen it is. Als ik op dit moment geen journalist kan zijn in mijn werk (ik werk nu als Content Marketeer) dan ben ik maar journalist en verhalenmaker in mijn vrije tijd.

En wat is er een betere bron voor verhalen dan liften? Ik denk dat die niet bestaat. Als je lift stap je in de auto en de verhalen komen naar je toe. Mensen vertellen over hun leven, soms ben je een soort biechtstoel voor ze, of zijn zij dat voor jou. ;) Mensen vertellen over hun land, hun afkomst, over de problemen waar ze tegenaan lopen op de plek waar ze wonen en hoe ze daarmee omgaan.

Op die manier kom je veel over de landen te weten waar je doorheen reist. Je kunt wel een reisgids kopen, maar wat is er leuker dan het te horen van de mensen uit het land zelf?

Doordat de mensen ons uit zichzelf meenemen hoeven we ze niet aan te spreken op straat en ongemakkelijke onderwerpen aan te kaarten. Als je in de auto zit ontstaat de chemie vanzelf en vaak vertellen mensen veel meer dan ze van te voren hadden bedacht.

En dit jaar dus voor de camera… Spanneeend!! Ik ben echt heel benieuwd of dezelfde dingen gebeuren als toen we nog niet met cameraatjes werkten. We gaan het zien en we gaan het gewoon doen en we gaan het daardoor gewoon ontdekken.

Oe, ik heb weer allemaal kriebels in mijn buik. Ik hoop echt dat het goed mag uitpakken en dat ik mijn droom, om filmmaker en schrijver te worden, weer een stukje verder mag uitrollen…

Geen idee, maar nu is het tijd om te gaan. Dus Doei iedereen! En hallo Europa, we komen spelen in jouw speeltuin vol met open grenzen.

#dankbaar #daarvoor #hetlevenisgoed.

Blog van Charlie

Vissen en in de natuur en echte Hongaarse Goulash maken (Recept)

Vissen en in de natuur en echte Hongaarse Goulash maken (Recept)

Omdat we geen genoeg kunnen krijgen van de natuur in Roemenie zijn we van het weekend nog een keer de bergen ingegaan. Dit keer waren het geen lange wandeltochten maken waarin we bergje op en bergje af wandelden. We gingen vissen  met onze vriend Arpy.

In een vallei lag een uitgestrekt meer waar we uitgebreid konden kamperen. Arpy sliep in een hangmat in zijn busje en Roel en ik in de tent. Normaal kamperen Roel en ik op z’n Hollands. We nemen een gasbrandertje mee en één of ander instant maaltijd waar je alleen water aan hoeft toe te voegen en we zijn aan het kamperen. Ook staan we meestal op een camping. (we spelen nog net geen badminton met elkaar ;) )

Deze keer hebben we gecampeerd op de ‘Hungarian way’, na een lange autotocht door de bossen over onverharde wegen kwamen we bij het meer aan waar geen camping is maar iedereen gewoon gezellig zijn tent opzet. Arpy trok gelijk de bossen in met een kettingzaag, want hakken met een bijl kost volgens hem onnodig veel energie en die kun je beter in het vuur maken storten.

Hij heeft een hoop herrie gemaakt daar in die bussen. Met al zijn gechopte hout ;) hebben we een goed vuurtje gemaakt, niet te groot want anders gaat je pan in de fik. Daarna heeft hij ons een cursus Hongaarse Goulash maken gegeven op de manier zoals oma het hem geleerd heeft. Dan kan het natuurlijk niet anders dan goed zijn, zijn oma kan heerlijk koken!

Goulash maak je in een ketel die je boven het vuur hangt. Je meerdere pannen heb je niet nodig en je maakt het allemaal in 1 ketel. Het is het heerlijkste eenpansgerecht wat ik ooit heb gegeten. De jongeren die ook aan het meer stonden waren ook goulash aan het maken dus onze avond eindigde in een ware goulashbattle. Wie maakt de lekkerste?

Dat was erg gezellig. Voordat we begonnnen kwamen de jongeren wel ‘vrede stichten’ met Palinka, een zelfgebrouwen wild alcoholisch drankje. (60%!) Ze schonken ons een glaasje in, we proosten met hen om vervolgens de strijd aan te gaan!

Hier het echte recept voor simpele Hongaarse Goulash.

Benodigdheden: Pastrami met een vetrandje, ui, paprika, olie, paprikapoeder, knoflook, filetlapjes, blikje tomatenpuree (of wat tomaten zonder velletje) , 2 tubes goulashcream mild en pikant (dit is paprikacream voor de goulash), 1 chili (Rode peper), aardappelen

Aan de slag:

Allereerst alles  van te goed snijden zodat je later niet in tijdnood komt (de ander maakt het vuur aan)

1) Verhit in de ketel wat zonnebloemolie en bak hierin de ui, paprika, olie en pastramie aan

2) Doe veel paprikapoeder (Echt veel!) in de pan en mix het goed aan

3) Voeg vervolgens aardig wat water in de ketel

4) Voeg het blikje tomatenpuree toe (of twee/drie gepelde tomaten)

5) Doe de gesneden stukjes vlees erbij en de gesneden aardappelen en bak het even aan

6) Doe er vervolgens goed veel water bij

7) Dan de truk: gooi er de twee tubes met paprikacream voor goulash doorheen om het goed op smaak te maken. (Proef even zoals je het zelf lekker vindt)

8) 2/3 teentjes knoflook er doorheen

9) gesneden Rode peper erbij

10) 1 uur / 1,5 uur laten doorsudderen. Het is goed als de aardappels gaar zijn en de smaak goed is.

11) Tip: tijdens het koken moet je de lepel rechtop in de pan kunnen zetten en toch moet het ook vloeibaar zijn, als de lepel omvalt heb je er teveel water bij gedaan.

En dan op z’n hongaars: Jó étvágyat! (nee, wij kunnen het ook niet uitspreken ;)